WTF: de invloed van nerds op Wikipedia
06 juli 2008
Hoewel oprichter Jimmy Wales liever zou zien dat Wikipedia verandert van een Vrije encyclopedie die door iedereen bewerkt mag worden in een Online Encyclopedie waarin redelijke mensen lemma’s mogen bewerken of toe mogen voegen, staat het credo The free encyclopedia that anyone can edit nog steeds op de hoofdpagina van Wikipedia.
Iedereen is dus nog steeds welkom bij Wikipedia. Een brandweerman uit San Diego, een tandartsassisente uit Nairobi. Een leraar van een middelbare school en de computernerd die een straat verderop woont.
Er is echter een klein probleem. Jonge computernerds en liefhebbers van stripfiguren hebben vaak veel meer vrije tijd dan mensen die deel uitmaken van de beroepsbevolking. Ze leggen bovendien vaak meer passie aan den dag als zij in Wikipedia bijdragen aan onderwerpen die hun interesse hebben. Het resultaat? In de online encyclopedie ontstaat soms een verwrongen wereldbeeld, waarin triviale zaken ogenschijnlijk belangrijker zijn dan academische kwesties en waarin actiefiguren uit games en strips historische figuren uit de wereldgeschiedenis overschaduwen in lemma-omvang.
Nieuw is dit verhaal niet maar het is wel aardig om de vijftien voorbeelden op de website Gamesradar eens te bekijken: the WTF World of Wikipedia. De voorbeelden doen je tegelijkertijd grijnzen en fronsen.
Aan het spel Call of Duty worden (in totaal) 13.069 woorden besteed, aan de Tweede Wereldoorlog 11.884. Master Chief uit het spel Halo krijgt meer ruimte dan 23 procent van alle Amerikaanse presidenten. De rassen uit het spel Zelda vs de etnische groepen van Europa? Pwned!
Het is even hilarisch als bedroevend. Het is in ieder geval goed om even bij stil te staan. Jimmy Wales deed niet voor niets ooit een oproep aan bibliothecarissen om ook actief bij te gaan dragen aan Wikipedia. Vooralsnog hoor of lees ik daar nooit iets over. Ik ken eigenlijk niemand die echt actief bijdraagt aan Wikipedia. Geen dilettanten en geen specialisten.
Dan moeten we ook niet zeiken dat de Nerd soms domineert en met een glimlach kan zeggen ‘All Your Base Are Belong To Us‘.
Als je het bijdragen aan Wikipedia beschouwt als een game en de Nerds en vakspecialisten als spelers, kun je wel stellen dat wij, als zelfbenoemde specialisten, vet achter staan.
Fraai is dat :-/
@
Kun je een paar voorbeelden geven van specialismen van de bibliothecaris die volgens jou geschikt zijn om over in Wikipedia te publiceren (en waar nu nog niets over te vinden is)? Misschien werkt dat inspirerend. Zelf haal ik er wel eens een taalfout uit…
Hoi Arda,
In de Zeeuwse Bibliotheek heb ik me er al vaak hard voor gemaakt als het gaat om Zeeuwse Informatie. Het Zeeuws Documentatiecentrum beschikt over een schat aan informatie over Zeeuwse Personen en plaatsen. We kunnen lemma’s daarover niet alleen aanvullen, het is ook een buitenkans om bij die lemma’s te linken naar onze beeldbank, de krantenarchiven, de personendossiers, en items uit de catalogus. Ik heb een keertje vijftig verwijzingen opgenomen en de resultaten waren meteen zichtbaar. De gebruiker opzoeken…
Je kunt ook denken aan lemma’s over incunabelen, speciale collecties, enz. Ik heb toen ook links gelegd bij het lemma kinderprenten (waar wij er veel van hebben gedigitaliseerd), boutens (speciale collectie), Doré (speciale collectie, enz.
Ik werk ook aan een samenwerkingsverband voor een Zeeuwse Wiki, voor de Zeeuwen. Als dat eenmal loopt kun je ook eenvoudig uitwisselen met Wikipedia. Maar daarover later meer 🙂
Heel terechte opmerkingen Edwin!
En mijn vraag zou zijn: wat doe jij als professional om b.v. de Nederlandstalige wikipedia meer en kwalitatief betere inhoud te geven? Want de wereld verbeteren begint bij jezelf natuurlijk. In je antwoord op Arda laat je wel wat doorschemeren, maar nu met de billen bloot! 🙂
Ik was vorige week nog in de slag over de rechten bij een afbeelding. Daar heb ik de bron etc bij gezocht. Verder heb ik wel eens wat kleine wijzigingen doorgevoerd maar dat is zeker geen structurele bezigheid van me, dat moet ik toegeven. Ik kom er gewoon niet aan toe.
Maar daar kom je dan uit bij het heikele punt: bijna niemand heeft daar tijd voor. Daarom pleit ik ervoor dat de organisaties middelen vrijmaken om medewerkers het web op te sturen en ook echt actief dit soort dingen te laten doen.
Want weet je, die links naar onze collecties heb ik in mijn vrije tijd gelegd. Een hyve aanmaken idem dito. Op het werk hebben we er over gesproken en is het voornemen wel dat een collega zich hier actief mee bezig gaat houden, maar dat plan ligt al twee jaar stil vanwege prioriteiten en te weinig formatie.
Het is ook nog steeds een beetje een grijs gebied voor werkgevers natuurlijk maar ik heb goede hoop: ik merk dat er steeds meer bijval komt.
Resumerend: ik moet de hand ook in eigen boezem steken…maar aan de andere kant. Ook ik heb mijn grenzen. Het is eigenlijk al te gek dat ik op mijn vrije zondag al drie uur lang zit te lezen en te tikken over de toekomst van het vak 🙂
Ik moest maar eens buiten gaan spelen nu!
Mooi he, die billetjes ^^
Ha Edwin,
Dat lijkt inderdaad allemaal de moeite waard om mee aan de slag te gaan. Omdat ik nogal in een uithoek van de bibliotheekwereld werk zou ik hier niet snel aan gedacht hebben, dus leuk er over te lezen. Vooral het maken van verwijzingen in wikipedia naar wat elders al bestaat lijkt me nuttig. Maar ja, tijd is hét knelpunt natuurlijk. Kan de provincie zoiets niet subsidiëren?
Veel plezier met buitenspelen!
Aan het verwerven van die subsidie wordt hard gewerkt 🙂