clear

zoeken

search

De Rijksinformatiehuishouding is nog niet op orde

03 april 2015
Begrippen uit de informatiesector zijn niet alleen
interessant als ze nieuw of in zwang zijn. Soms vallen ze juist op omdat je ze
nauwelijks ziet of zelfs voor het eerst tegenkomt. Zo bleef afgelopen maand het
begrip Rijksinformatiehuishouding bij
me hangen. Ik stuitte op dat woord in de berichtgeving rondom de
bonnetjesaffaire, die uiteindelijk zou leiden tot het vertrek van de tandem
Opstelten/Teeven. Als je het woord googlet zie je dat het maar 61
zoekresultaten genereert, die niet verder teruggaan dan 2010 en die allemaal
zijn gerelateerd aan websites en documenten die afkomstig zijn van
overheidinstanties of uit de archiefwereld. In die hoek zijn ook de definities
van het begrip te vinden, zoals op de wiki van de Nederlandse Overheid
ReferentieArchitectuur (NORA): ‘het totaal aan regels en voorzieningen gericht
op de informatiestromen en –opslag of archivering ter ondersteuning van de
primaire processen’. Dat dus, maar dan op Rijksniveau.
De bonnetjesaffaire riep sowieso veel vragen bij me op, maar
het meest bizarre vond ik het onduidelijke verhaal over het terugvinden van de
bankafschriften van de deal met Cees H. in 2000. Daarover schreef NOS: “bronnen rond het kabinet zeggen dat het
onderzoek naar de oude bestanden 50.000 euro heeft gekost. Het is niet bekend
hoeveel mensen aan het werk zijn geweest en met welke apparatuur er is gewerkt.”
Daar kan ik niet bij. Terwijl de collega-politici nog aan het verkondingen
waren dat Opstelten kampte met een geloofwaardigheidsprobleem komt er zo’n
verklaring die het geheel nog minder geloofwaardig maakt. Waarom wordt dan niet
meteen uitgelegd in welk systeem het afschrift was opgeslagen, en waarom dat
zoveel moest kosten? Moeten de media dat over 15 jaar dan ook weer uitpluizen?
Waarom wordt er niet meteen schoon schip gemaakt?

Ik vermoed dat het antwoord op die vragen ‘m deels zit in de
verklaring die zoekspecialist Eric Hennekam gaf in het artikel ‘Hoe digitaleoverheidsinformatie zomaar verdwijnt’, in NRC van 14 maart. Hij stelde dat het “een
flinke janboel is” bij de archiefafdelingen van de Nederlandse ministeries,
omdat elk ministerie met wel dertig a veertig verschillende archiveringsprogramma’s
werkt. Als je de samenvatting leest van het rapport ‘Duurzaam duurt het langst’,
dat de Erfgoedinspectie in januari 2014 publiceerde, besef je dat het iets
genuanceerder ligt dan dat, maar tegelijkertijd vermoed je ook dat
waarschuwingen uit een veel ouder rapport van die dienst, ‘Een dementerende
overheid?’, uit januari 2005, ook nog steeds geldig zijn. Dat rapport
concludeerde toen vrijwel precies hetzelfde als Eric Hennekam twee jaar
daarvoor én tien jaar later: de Rijksinformatiehuishouding is nog lang niet
overal op orde. Het goede nieuws is dat het bewijst dat de overheid niet moet
bezuinigen op goed opgeleide DIV’ers en informatiespecialisten. Die zijn harder
nodig dan ooit tevoren. Ondanks -of dankzij- de digitalisering van
overheidsinformatie.
@

Deze bijdrage verscheen ook in IP 3, 2015

Foto: Nu.nl

1 Reactie

  1. Eric Hennekam schreef:

    Sterker nog. Toen ik dertig jaar geleden werkte bij het Nationaal Archief waren er deze rapporten al. Daarnaast is de opmerking van Prof Jeurgens in het NRC artikel erg relevant.

Reageer op Eric Hennekam