clear

zoeken

search

Klaar met draagvlak

03 november 2009

Een blogpost van Kaldenbach, over het willen bijdragen aan een Wiki naar voorbeeld van Library Success zette mij weer aan het denken over de 90-9-1-theorie en het gegeven dat de goede wil bij collega’s vaak wel aanwezig is maar dat ‘taakversnippering’ ertoe leidt dat vrijwel niemand zich met ziel en zaligheid op bepaalde projecten kan of wil storten. Ik heb daar al genoeg over gezegd, onder meer in Een rem op innovatie, maar bedacht vandaag pas dat ‘taakversnippering’ vaak voorkomt uit de wens van managers om draagvlak te creëren.

Ik ga hier niet beweren dat draagvlak niet belangrijk is. Draagvlak voor projecten en strategieën is namelijk essentieel. Ik denk echter wel dat het streven naar de creatie van draagvlak er in veel organisaties toe leidt dat de focus wegvalt. Als ik mensen uit de bibliotheekwereld spreek hoor ik niets anders dan opsommingen van de vele projecten en activiteiten waar de desbetreffende persoon bij betrokken is. Het takenpakket is soms zo divers omdat het simpelweg aan de formatie ontbreekt om het werk door meerdere mensen uit te laten voeren maar vloeit ook vaak voort uit de wens het draagvlak te vergroten bij andere collega’s. Die mensen hebben meestal het gevoel alles maar half te doen.

Ik denk dat het tijd is om het advies van Sjef Kerkhofs, op Bijgespijkerd, op te volgen:

Voor veel bedrijven is het echter gemakkelijker gezegd dan gedaan, het bereiken van voldoende draagvlak binnen de gehele organisatie blijkt een hele klus te zijn. En de eerlijkheid gebiedt te zeggen, het zal ook niet binnen elke organisatie gaan lukken om voldoende steun te creëren. Voor deze organisaties is het beter op dat moment het gehele Social media traject te herzien en heranalyseren. Voor de bedrijven die wel denken draagvlak te kunnen verkrijgen zijn er twee stappen die ondernomen zouden moeten worden. Ten eerste moeten alle personen binnen de organisatie die reeds enthousiast zijn over Social media bij elkaar worden gebracht. Samen kan deze groep (meestal bestaande uit mensen van diverse afdelingen) zorgen voor een ‘enthousiasmeringsstrategie’ ten opzichte van de rest van de organisatie. Het is belangrijk dat deze personen in staat zijn enthousiast over te komen en invloed te verkrijgen. Dit soort ambassadeurs onder je eigen personeel zijn goud waard, echt waar! Gebruik ze, benut ze, zet ze in!

Sjef heeft het hier vooral over de ambassadeursrol maar ik zou daaraan toe willen voegen dat die rol vooral goed uit de verf komt als er lichtende voorbeelden zijn. Enthousiaste mensen binnen je organisatie moet je inderdaad benutten en samenbrengen in teams die echt doorpakken. Teams die niet continu bezig zijn met overtuigen en verantwoording afleggen maar juist met activiteiten waar ze alle ruimte en tijd voor hebben. Bijvoorbeeld het opzetten, inrichten en modern promoten van een wiki. Het gros van de mensen wordt pas enthousiast als er al iets staat, als fanatiekelingen al een mooie basis hebben gelegd. Van tientallen halfproducten en uitprobeersels die oeverloos onder de aandacht gebracht moeten worden knapt niemand op. Je kunt dan ook gewoon vaststellen dat er onvoldoende draagvlak voor (of behoefte aan) was.

Draagvlak is belangrijk maar zou af en toe eens opzij geschoven moeten worden. Het is een belemmering van de eerste orde. En gedoe komt er toch

@

2 Reacties

  1. Christian schreef:

    Het is volgens mij een kwestie van de juiste balans zoeken – wanneer ook niet hè?

    Ik (die de waarheid ook niet in pacht heeft) probeer in mijn project kleine groepjes te formeren van mensen die enthousiast aan één product of dienst werken. Een soort pilots die zich moeten bewijzen, wat soms lukt en soms niet. Dat geeft enthousiasme bij medewerkers, positieve uitstraling naar anderen en draagvlak voor de 'goede zaak', maar is tegelijkertijd ook een vorm van versnippering (alhoewel met een duidelijke focus).

    Maar blijkbaar is de balans tussen die goede en kwade zaken meestal goed.

    Focus is goed voor het echt werk maken van een aantal specifieke producten, die je dan goed wegzet. Aan de andere kant, denk ik, moet er ook voldoende ruimte zijn voor eigen experimenten (het Google-model?) en zo, omdat een teveel aan focus ook dodelijk kan zijn voor je draagvlak, als mensen zich door de focus bekneld gaan voelen. Ook al is het nog zo goed om focus te hebben.

    (Ver)snipperen, maar met mate.

    Nou ja, balanceren is altijd lastig… :-/

  2. @Christian: tussen die woorden krijg ik geen speld. Af en toe laat ik de nuance een beetje varen. Dat wordt meestal veroorzaakt door een zekere stagnatie. Het is inderdaad een kwestie van zoeken naar balans. Ik ben voor!

Reageer