clear

zoeken

search

Papieren parels in een kluis van beton

10 september 2008


Een jaar geleden verwees ik naar een oude belofte van onze conservator Oud Bezit en Bijzondere Collecties, Ronald Rijkse. Toen ik nog niet zo lang bij de Zeeuwse Bibliotheek werkte beloofde hij me dat hij me ooit de collectie Gustave Doré zou laten zien. Die belofte loste hij vanochtend in. Hij nam mij, en collega Marleen, mee naar de schatkamer van de ZB: de kluis.

Vorige maand schreef ik al over een van de favoriete boeken van Ronald. Die schoonheid liet hij ook vandaag zien, waarbij hij ons licht furieus vertelde over het wangedrag van bepaalde antiquairs die er, zonder enig respect voor het boek, de prachtige prenten uitscheuren om deze afzonderlijk, ingelijst en wel, voor veel geld te verkopen. Misdadig.

Ronald had echter nog veel meer voor ons in petto, zoals het oudste boekje uit onze collectie: Die schoone ende die suverlicke historie van Appollonius van Thyro, uit 1493. Dat boek heeft een echte conservator natuurlijk ook zelf gelezen en Ronald kon het verhaal dan ook fluitend oplepelen.

Toen kwam hij pas echt los. We luisterden naar het bijzondere verhaal van de miniatuurboekjes die fungeerden als proeven van boekdrukkers, aanschouwden de door het bombardement pijnlijk beschadigde werken en genoten van enorme atlassen, gigantische bijbels en bizarre pamfletten en prenten.

Bijna kolderiek werd het toen Ronald vertelde over het leven van de idiot-savant Athanasius Kircher. Deze geleerde Jezuïet leefde in de zeventiende eeuw en was behalve slim ook zo gek als een deur. Hij schreef vele boeken, over bizarre en sterk uiteenlopende onderwerpen. Ter illustratie toonde Ronald een boek over de bouw van de Ark van Noach (Jesu arca Noë) dat voorzien was van prachtige, gedetailleerde en uitklapbare illustraties van de Ark en de dieren die het bevatte. Een aardige anekdote betrof het onderzoek dat Kircher verrichtte voor een boek over vulkanen. Speciaal daarvoor liet Kircher een stellage bouwen waarmee hij in een vulkaankrater getakeld kon worden, wat ook geschiedde…over toewijding gesproken!

We zagen en hoorden nog veel meer in die anderhalf uur. Laat ik het er maar op houden dat het prachtig was. Hoe prachtig blijkt wel als je bij Ronald informeert of hij zich ooit bereid zal tonen één van de werken te verkopen. Dat is ondenkbaar. Hij kent alle werken van binnen en van buiten. Hij pakt ze bijna blindelings uit de kasten. Hij koestert ze als kinderen. En eerlijk gezegd denk ik dat de boeken hem ook koesteren als vader.

En met dat mooie familiegevoel kom ik toch nog even terug op oom Gustave.

Ik ben een groot liefhebber van het werk van Doré. Je kunt je geen mooiere illustraties wensen bij het werk van grote schrijvers als Dante, Poe, Rabelais en Balzac dan zijn onheilspellende gravures. De collectie bleek vele malen groter te zijn dan ik dacht en is voor mij aanleiding om er binnenkort nog eens goed voor te gaan zitten, buiten werktijd. Ik weet nu ook zeker dat ik de Goddelijke Komedie ga bestellen online. Zie ook Gustave Doré art collections, Doré illustrations en de Engelse versie van Wikipedia.

Tot slot: die gekke Kircher leidde me en passant naar een Wikipagina in het Latijn. Blijkt er dus gewoon een Vicipaedia Latina te bestaan. Dat wissik niet! Is het geen feest?

Ave! Vicipaedia est opus commune, quo creetur encyclopaedia libera interretialis. Omnes ad contribuendum invitantur!

@

Update: ook Marleen was onder de indruk 🙂

6 Reacties

  1. Lebbercherrie schreef:

    Wow, nu ben ik jaloers.

  2. 🙂

    De meeste werken kunnen overigens wel worden ingezien hoor, met een apart formulier. Als je dus ooit nog in Zeeland bent kun je altijd een keer komen kijken.

  3. WatVanWaardenIs schreef:

    De Doréwerken aanvragen en inzien is lang niet zo'n bijzondere belevenis als met Ronald door de kluis lopen en Doré zien en hem (Ronald) horen vertellen. Je hebt met je blogpost een speciale herinnering vastgelegd!
    Anneke

  4. Laurens Lammers schreef:

    Komt de tekening bij dit artikel ook uit de collectie? Een schitterende plaat!

  5. @Anneke, dank je. Ronald waardeerde ik enorm, als mens en als collega.

    @Laurens: deze specifieke heb ik uit een van de genoemde bronnen geplukt denk ik (zijn werk is gelukkig veel te vinden online) maar in de bewuste collectie is deze vast ook wel te vinden…

Reageer