clear

zoeken

search

Houden van de bieb is als houden van Feyenoord

24 januari 2014

Ik weet niet hoe vaak ik hier al geschreven heb over (gewenste) bibliotheekvernieuwing, ebooks, en achterhoedegevechten. Ik heb niet eens zin om er links bij te zoeken. Ook dat deed ik al te vaak. Wat ik wel weet is dat ik hier maar zelden schrijf over voetbal. Dat komt in de eerste plaats omdat ik een teletekstsupporter ben, maar het feit dat ik al mijn hele leven voor Feyenoord ben helpt ook niet. Feyenoord is een grote club, met een enorme en trouwe supportersschare en een mooi verleden maar het probleem van de club kent iedereen ook: er wordt maar zelden écht gewonnen. Als liefhebber stel je je tevreden met een titel van meer dan tien jaar terug. Een UEFA-beker die door een enkeling wordt geplukt. Een echte cup in het jaar dat je werd geboren. Het verhaal van Feyenoord is vrij simpel: de liefde is voor altijd maar het is als houden van een vrouw die niet verliefd is op jou. Het doet altijd een beetje zeer. Al helemaal als rasvijanden de feiten op een rij zetten. Dan kan je alleen maar zwijgen. En hopen op betere tijden.

Afgelopen week was de bibliotheek zwaar in het nieuws. Mijn bibliotheek! Dat ding dat me nu al meer dan een decennium in de greep heeft. Dat ding waar ik zo van hou. Het werd door velen ervaren als een moment van glorie. Het is verdomme toch maar een instituut waar een groot deel van de bevolking nog een zwak voor heeft! Een begrip! Iets dat er toe doet!

En zo is het gelukkig nog steeds. Dat is precies waar ik altijd nog van droom. Ergens. Maar toen ik van de week een avond en een nacht had zitten loeren naar alle tweets, feeds en berichten op andere media voelde ik al een beetje nattigheid. Ik had geen zin om te schrijven wat alle media al schreven. Over de victorie van eindelijk digitale boeken. Over de relevantie van dat wat ik zo graag als relevant verkoop. Waarom niet? Omdat het een geregisseerd persmoment was. Daarom niet.

Dat ik voor de voeten kreeg geworpen dat ik veel te vlak was en geen beroepseer etaleerde snapte ik wel. Als iedereen juicht valt het op, als je niet meedoet. Maar er werd voorbij gegaan aan mijn worsteling. Ik had er liefst helemaal niet over geschreven. Waarom niet? Omdat het gewoon een beetje zeer deed. De meeste vakgenoten haastten zich om te zeggen dat we toch eens blij moesten zijn dat er tenminste eens iets gebeurde, en dat het zuur is om meteen naar de minpunten te kijken van een product maar kom op mensen: waarmee naar buiten werd getreden was gewoon nog niet volwassen, een site om je voor te schamen misschien zelfs wel. Als je keek op Twitter en andere kanalen zag je inderdaad genoeg reuring. Maar zoals zo vaak kwam die reuring vooral van mensen die het uiteindelijk aan de man of vrouw moeten brengen. De media schreven volop over de bibliotheek, dat is waar. Maar ze schreven allemaal hetzelfde bericht. Niemand had zich verdiept in de vraag wat alles gekost had, nauwelijks iemand die vroeg wat de klanten eigenlijk wilden of vonden. Vooruitstrevendheid was het motto. Hier gebeurde wat. De minister had het ook nog gezegd!

Er gebeurt inderdaad van alles. En er wordt ook keihard gewerkt. Ik zag allerlei mails en berichten van meerdere mensen per vestiging, die dagenlang bezig waren om de aangekondigde ebooks ook echt te kunnen leveren aan klanten. Van mensen aan de uitleenbalies tot mensen van de techniek. Ze vochten als leeuwen. Er verschenen ook updates. Over sterk verbeterde functionaliteiten en alles. Maar de praktijk? Vier dagen later hebben velen nog steeds geen eboek gezien, laat staan gedownload. Meer vraag dan servers aankunnen. Een enorm succes eigenlijk.

Ik had besloten -zoals ik dat al een paar jaar besluit- om niet de zure, zeikende lul uit te hangen. Dat is niet constructief. Maar ik word er verdomme door jan en alleman op aangesproken dat ik zwijg. Had ik ooit niet eens gezegd dat ik ooit eens las (was het bij Wim K?) dat de digitale bieb al 50 miljoen had gekost? Was ik het niet die jarenlang verwees naar alles wat er nu toch echt aan zat te komen?

Ze hebben nog gelijk ook. Mijn hoop ging vaak met me aan de haal. En ik moet het toegeven: als ik die vele collega’s dapper zie zeggen dat er dingen gebeuren, en dat het alleen maar beter kan worden: dan geef ik ze nog gelijk ook. Je moet verkopen waar je voor staat, waar je van bent. Maar toen ik van de week een keer uit het café kwam rollen kon ik het toch niet laten. Dit was natuurlijk volkomen ruk, wat we hier zagen. Dit is niet wat klanten zijn gewend van de partijen waar ze normaal mee werken. iTunes is nog gebruiksvriendelijk, vergeleken met dit gebeuren. Wie heeft precies dat onderdeel responsive voor zijn rekening genomen? En wie, in godsnaam wie, is verantwoordelijk geweest voor de testen van het systeem?

Nee, nee pik. Dat gaan we nu niet aankaarten. Begin nu niet over het kostenvraagstuk en de vraag hoeveel tijd en energie dit heeft gekost. Begin ook niet over de vraag hoeveel medewerkers hoeveel tijd hebben besteed aan het feit dat het systeem vier dagen faalde. Dat zijn geen eerlijke vragen. Je moet niet altijd over belastinggeld beginnen. En dat gemier over afhakende klanten in het tijdperk van de korte aandachtsspanne? Haat jij je werk, ofzo?

Het is ook waar allemaal. Toen ik afgelopen week met Esther twitterde en voor de grap de vergelijking maakte met fan zijn van Feyenoord, toen had ik het nog niet eens zo door. Het was zomaar iets, dat spontaan in me opkwam. Maar een dag later kwam de gedachte bij me terug en ik wist: ik ben verdomme al mijn hele leven fan van een club die altijd vecht maar slechts zelden wint. Een club waar mensen massaal voor staan te juichen als ze de week ervoor met 10-0 op hun kloten hebben gehad. Nou en? We zijn Feyenoord! Dat je lekker de tyfus geniet! (om maar eens met een bevriende Vlaardinger te spreken). De bieb is net als Feyenoord. Het doet altijd een beetje zeer. De opleiding is puik, het wemelt van de toppers, maar ze scoren pas als ze verkocht zijn. Er is altijd publiek, en dat publiek is nog trouw ook maar ze zingen omdat ze hopen, niet omdat ze krijgen.

Getverdemme, ik hou ervan, die prutsers! Hand in hand!

@

Foto: Ga het na. Dacht ik.

12 Reacties

  1. Saskia den Otter schreef:

    Goed blog Ed, heb in een deuk gelegen maar je hebt helemaal gelijk.

  2. tenaanval schreef:

    Ach Ed, dat de afdeling communicatie van onze vereniging teleurgesteld is dat niet iedereen even hard halleluja roept is toch wel begrijpelijk? Kinderachtig misschien, maar begrijpelijk? Vond het een keurig stukje in IP, niks op aan te merken. Verder hou je je opvallend rustig over het nieuwe platform. Dat zegt misschien genoeg, maar dat lijkt me geen reden om je op aan te spreken.
    Niks van aantrekken hoor!

  3. @Saskia Dank je!

    @Jeanine Vanuit dat perspectief snap ik het ook wel inderdaad. Maar ik vond het toch ook weer eens leerzaam of bevestigend. Ik heb op de dag van de lancering echt veel naast elkaar gelegd. In LexisNexis zitten graven, alle termen losgelaten op Topsy, de nieuwssites, enz. Pas dan valt je op hoeveel van hetzelfde je leest. Dat is in het geval van goed nieuws natuurlijk heel mooi, maar wat is het dan toch prettig om ook ergens meningen tegen te komen, of een verslag van iemand die het echt heeft uitgetest, dat soort dingen. Het gaat vaak over al die meninkjes op het sociale web. Het is veel te vaak ook kort door de bocht. Maar wat mij betreft toch waardevoller dan al die 'geen meninkjes'.

  4. marlies de vet schreef:

    Straight from the heart Edwin… *traantje weg pinkt*

    "Er is altijd publiek, en dat publiek is nog trouw ook maar ze zingen omdat ze hopen…" Hallelujah

    "Luctor et Emergo"

  5. Haha, dat hallelujahgebeuren is aan een mooie opmars bezig in biebland deze week 😉

  6. Hoi Erwin,
    Heb begrip voor je twijfel, en ik denk dat de bibliotheek inderdaad een soort haat-liefde verhouding, teleurstelling-hoop&glorie&games, oproept. Zo ook bij mij. Scriptie geschreven en gepubliceerd (VOB, RUN, Biblion, toch niet de minste partners) over games & educatieve waarde ervan voor bibliotheken – maar werk als gaming deskundige in bibliotheken ho maar… Gewoon niet terwijl ik met bloed, zweet, tranen, en flink wat enthousiasme & deskundigheid mezelf profileer, research en review mbt games doe, en ook nog eens van andere media houdt en kennis van heb, zoals er zijn literatuur, muziek, film, en dus games, waar bibliotheken wat mee doen. Ik ben 't zat. Ik ga op zoek naar andere werkgevers, die talent wel benutten. Je stuk gaf me inspiratie om eens eerlijk het hart te luchten. Mocht er nog een instelling interesse hebben, dan valt er altijd te praten over het een en ander… Ik ga al nergens meer vanuit en ga verder met de post rondbrengen: letters (Engels voor brieven) in plaats van mijn Letteren studie en een baan die daarop aansluit! Lekker je talent benutten is zelden zo zuur gewist.

  7. Poeh Joris, dat klinkt niet best. Ik herinner me je werk nog van Scriptie Joris Steenbakkers: Games het ei van Columbus voor bibliotheken?. Dat is toch alweer meer dan 6 jaar geleden. Er zijn van die thema's die enorm kansrijk, en toekomstbestendig, maar die maar willen bezinken of worden opgepakt. Omdat het toch te ver van het bed is, of niet past binnen de plannen. Als je dan niet de kans krijgt om het te laten zien blijf je in cirkels opereren inderdaad. Misschien kun je proberen iets neer te zetten naast betaald werk, in samenwerking met andere talenten. Dan kun het in ieder geval DOEN. Ben wel benieuwd naar je verhaal trouwens. Misschien kan ik je er eens over interviewen?

  8. Festina Lente schreef:

    @ Joris: Wellicht zijn er kansen voor je bij de UB''s? Utrecht heeft plannen voor ontwikkelen games…

  9. Atty Clarisse schreef:

    Geweldig blog, Edwin.
    Dankjewel.

  10. Jullie ook bedankt 🙂

Reageer