clear

zoeken

search

Tempo

07 februari 2011



Deze column verscheen ook in Digitale Bibliotheek 1, 2011.

Neem je wel eens de tijd om je mailarchieven door te spitten, of de rapporten die je ooit schreef, of je oude blogposts of tweets? Als dat niet het geval is kan ik het je van harte aanbevelen. Het kost je misschien wel een middag maar je leert dan wel veel over het tempo waarin gewerkt wordt en over initiatieven die niet van de grond kwamen.

Toen ik vorige week een paar uur lang zat te klikken in oude mailwisselingen schrok ik een beetje van het grote aantal plannen dat uiteindelijk nooit werd uitgevoerd of dat al weer snel na de lancering in de vergetelheid raakte. Het waren stuk voor stuk plannen waar ooit weken of maanden over vergaderd werd, waar meerdere mensen veel tijd en energie in staken en waar menig document over gepubliceerd werd.
Van de nooit uitgevoerde plannen en projecten waar ik zelf direct bij betrokken was, weet ik uiteraard hoe het kómt, dat ze nooit de voorbereidingsfase ontgroeiden. De ene keer was er niet genoeg geld, een andere keer bleken er toch te veel obstakels te zijn, binnen de organisatie. Over zulke ‘doodgeboren kindjes’ zou je kunnen zeggen dat die er nu eenmaal bij horen. Het is niet leuk, maar het gebeurt.

Als je door het verleden bladert stuit je echter ook op plannen die nooit de prioriteit kregen die ze verdienden en daarom, op een zeker moment, werden ingehaald door de tijd. Doordat men oeverloos bleef praten over de risico’s en aandachtspunten en tegelijkertijd niemand ‘vrijspeelde’ om de plannen uit te voeren, kwam men nooit verder dan de voorbereiding. De dwarsliggers binnen een organisatie konden uiteindelijk tevreden constateren dat er helemaal geen behoefte was aan het initiatief. Nee, inmiddels niet meer nee.

Als je begint over het tempo in de bibliotheekwereld krijg je soms het verwijt dat je een doemdenker bent, dat je wat meer geduld moet hebben. Dat je toch vooral moet kijken naar de dingen die wel tot stand kwamen. Ik wil beslist niet verzuren, maar ik leer van het verleden. Er wordt goed werk verricht in de bibliotheekwereld, laat ik dat vooropstellen. Maar overleggen we niet nog steeds te veel? Worden we deze keer niet ingehaald door de tijd? Ik waag het soms toch te betwijfelen.

@

7 Reacties

  1. Mark Deckers schreef:

    Ik zei toch: je moet gek zijn voor bibliotheekinnovatie 😉

  2. Guppie schreef:

    Gelukkig hebben we nog wel een paar gekken, maar ze moeten nog wat meer mensen aansteken 🙂
    Esther

  3. Haha, ja. Die koesteren we 🙂

  4. Bas schreef:

    Om goede plannen ten uitvoer te brengen heb je daadkrachtige bestuurders nodig die verder kijken dan wat vandaag nodig is.
    Je hebt ook mensen met visie nodig, die een duidelijk beeld hebben van wat de branche nodig heeft en die zich daarvoor helemaal willen inzetten en de rest op sleeptouw meenemen.
    Het hoeven er niet veel te zijn, maar in onze branche is het zoeken naar een speld in de hooiberg als het om zulke mensen gaat.
    Ik vermoed dat dat het gevolg is van tientallen jaren subsidieëring, waaraan weinig eisen werden gesteld. Verwende kinderen zijn weinig weerbaar in tijden van crisis.
    Wie weet dat in de komende jaren de echte managers boven komen drijven en de branche in beweging brengen.

  5. Wat dat betreft lijkt het me nog steeds interessant als er een experimentbibliotheek zou zijn, waar iemand met veel bestuurlijke ervaring en de kennis die jij noemt, zou kunnen werken met jonge, onafhankelijke designers, webadepten, enz. Kijken wat er dan gebeurt…

  6. JohanS schreef:

    @Edwin, ik ondersteun deze gedachte (wens is vader van de) van harte. Het eerste wat we moeten realiseren is degelijke/saaie infrastructuur. Daar is BNL nu druk mee doende. Daarna(ast) kunnen de biblotheekinnovatieven aan de slag met het maken van mooie nieuwe dingen.

  7. @Johan: Dat is goed om te lezen! Dat het doorpakken de ruimte maar moge krijgen 🙂

Reageer